Abraham Hulk
Nederlands, Londen (Verenigd Koninkrijk) 1813 – 1897 Zevenaar
Hulk schilderde geen historische zeeslagen of scheepsportretten, maar voorstellingen van schepen op zee of op een rivier. Hij gebruikte verschillende typen vissersboten. Ook de vissers zelf, al dan niet in hun boten of aan de oever bezig met hun werk, komen vaak op zijn schilderijen voor. De schilder streefde echter niet naar een exacte weergave van schepen en hun locatie, eerder naar sfeerbeelden van schepen op zee, in allerlei stemmingen. De beleving van de natuur was het belangrijkste uitgangspunt en op die wijze sluit hij dan ook voortreffelijk aan bij de romantische traditie. Zijn schilderden tonen dan ook veel verwantschap met die van Johannes Christiaan Schotel (1787–1838) en Louis Meijer (1809– 1866).
Hulk was onder meer werkzaam in Amsterdam, Enkhuizen, Haarlem, Nijkerk en in Oosterbeek. In Enkhuizen schilderde hij ook zeegezichten vanaf het landperspectief met daarop vissers die hun werkzaamheden uitvoeren aan de kant van hun schepen. In 1870 besloot hij terug te keren naar Engeland. Uiteindelijk overleed hij in 1897 in Zevenaar op 83-jarige leeftijd. Hulk bouwde een zeer respectabele carrière als marineschilder op, zowel in Nederland als in Engeland.
Abraham Hulk kreeg drie zonen die zich ook op de schilderkunst zouden toeleggen: Hendrik Hulk (1842-1937), Abraham Hulk jr. (1843-1919) en Willem Frederik Hulk (1852-1882/1902).